Einde van een tijdperk
Als in 1986 het einde nadert van één van de drie belangrijkste industrieën van Schijndel - de drie K’s [Kousen-Klompen-Kaarsen] - wordt op de valreep in 1986 een film gemaakt over de landelijk bekende sokkenfabriek Jansen de Wit. Enkele afdelingen zijn op dat moment nog in bedrijf maar de afbraak laat op dat moment niet lang meer op zich wachten.

In 1986 konden in Schijndel nog belangrijke opnamen worden gemaakt maar de grote productie was toen al overgeplaatst naar het zusterbedrijf in Emmen.
Diverse opnamen zijn daarom toen ook in Emmen gemaakt, dit om een goed beeld te geven hoe het er vroeger in Schijndel toeging. Een film van Henny van der Burgt.

Tijdsduur 13 minuten

[ansichtkaart: Koninklijke Kousen- en Sokkenfabriek M. Jansen de Wit NV [bron BHIC]

Korte historie
De Koninklijke Kousen- en Sokkenfabriek Jansen De Wit vindt zijn oorsprong in de buurt van Eindhoven. De oprichter van het bedrijf was Martinus Jansen, kousenmaker van beroep. Martinus Jansen en zijn vrouw Hendrika van den Boomen kregen drie zoons, van wie de jongste, ook Martinus geheten, uiteindelijk het bedrijf zou voortzetten.
De oudste zonen van Martinus en Catharina, Martin en Harry zochten de omgeving af naar een gunstige vestigingsplaats. Dat werd uiteindelijk Schijndel waar de kousenfabriek van Jansen de Wit in 1915 werd geopend. De fabriek vormde een van de grootste werkgevers in Schijndel. De fabriek bepaalde tot 1986 een groot gedeelte van het straatbeeld als men Schijndel, vanaf zuidelijke richting, binnen kwam rijden.
Vanaf 1930 maakte het bedrijf een onstuimige groei door waardoor het veel werkgelegenheid voor de inwoners van Schijndel en de directe omgeving opleverde. 

In de tweede helft van de zestiger jaren nam de concurrentie vanuit het buitenland sterk toe. De inkrimping van de sokken- en kousenindustrie in Nederland was begonnen. De fabriekshallen kwamen leeg te staan terwijl de productie van sokken nog een aantal jaren bleef doorgaan. Door de steeds groter wordende concurrentie werd de fabriek in 1985 failliet verklaard. De inboedel werd door Nedax/Sorbo opgekocht en de productie werd in een nieuwe fabriek op industrieterrein Duin voortgezet.
De oude fabriekshallen aan de Hoofdstraat werden in 1986 gesloopt om plaats te maken voor woningen [wijk Plein].