Boeiende lezing van Thijs Caspers met de titel: 'Brabantse Landgoederen'
Gepubliceerd: woensdag 10 december 2014 08:24
Schijndel - Thijs Caspers is in dienst bij Brabants Landschap als schrijver en redacteur. Hij verzorgt er onder meer het kwartaalblad. In 2012 deed Brabants Landschap het standaardwerk ‘Landgoederen in Noord-Brabant, het lief en leed dat landgoed heet’, uitkomen. Hij zal hier uit putten voor de lezing. In de lezing wordt niet alleen ingegaan op uiterlijk, ontstaan, groei en bloei van landgoederen, maar ook wordt stilgestaan bij het reilen en zeilen van de bewoners. Want er heeft zich in de loop der tijd heel wat lief en leed afgespeeld. Het belooft een bijzonder interessante lezing te worden en we hopen dat u geïnspireerd bent geworden om te komen. Niet-leden zijn ook van harte welkom. Aan hen vraagt de heemkundekring Schijndel een vrijwillige bijdrage van € 2,00 per persoon. De lezing vindt plaats op maandag 15 december in 't Spectrum Steeg 9 te Schijndel en begint om 20.00 uur. (Foto: Thijs Caspers)
Bij landgoederen - bij uitstek ‘deftige’ oorden - denkt men eerder aan streken als de Achterhoek en het Gooi. Toch telt Brabant om en nabij de 150 landgoederen, die gezamenlijk een oppervlakte beslaan die overeenkomt met 10% van onze provincie. Daar kijk je toch niet zomaar langs? Langs al die schitterende landhuizen, statige lanen en romantische waterpartijen? Hebt u er wel eens op gelet hoeveel landgoederen er bij u in de buurt zijn? En wist u dat elk landgoed zijn eigen schoonheid, geschiedenis en verhaal vertelt. Wie wonen er nu en hoe blijven al die kastelen, landhuizen en omliggende natuur voor de toekomst behouden? In het gebied van de Meierij kent u er vast wel een aantal. Om er maar een paar te noemen: 'Kasteel Maurick, De Ruwenberg, Velder, Stapelen, Haanwijk, Zionsburg'. Een landgoed is een ruimtelijke en historische entiteit. Het behoud daarvan is van groot belang. Het is de overweging van families, eigenaren om alles te doen om de landgoederen te behouden. Het Brabants Landschap treedt daarbij op als een soort vangnet wanneer dat niet meer dreigt te lukken.